woensdag 29 augustus 2012

Touring California, part IV: Yosemite en Sequioa


Yosemity, volgens  velen hét mooiste park van de VS. Volgens ons: een van de vele mooie plekken van de VS. Ik was er 20 jaar geleden al eens geweest, maar wist het niet meer zoveel voor de geest te halen (misschien iets met alcohol, studeren en geheugen ofzo?)

Na een bergpas van bijna 3000 meter (goed zo campertje) kwamen we het park binnen aan de oost-kant bij Tuolumne Meadows. Volgens mijn Cymer collega’s is dit het mooiste stukje van het park. Dus, campertje aan de kant en een stukje wandelen. Inderdaad prachtig. Zelfs een paar hertjes gezien. 

Hertjes



Nadat de bende van twee uitgewandeld was, zijn we verder gereden naar Yosemity Valley. Onderweg hebben we weer genoten van fantastische uitzichten. Met natuurlijk de ‘Half Dome’ als bekendste bergtop. Onderweg stonden een paar rangers uitleg te geven. Je kon via een sterke kijker naar de bergbeklimmers op deze Half Dome kijken. Ongelofelijk veel. Het leek een stroom mieren die deze bergtop beklimt. Tsja, als het zo burgerlijk is om hier 1500 meter te klimmen, dan slaan wij dat natuurlijk over.
Hutje mutje de berg op
(foto gegoogled...)
Half Dome

Bijna alles is groot in Amerika

Uitzicht over 'the valley'

Onderweg kom je ook stukken afgebrand bos tegen.
Deprimerend om te zien

Gelukkig was het een rustige dag in het park. De meeste scholen zijn alweer begonnen. Maar toen we in ‘the Valley’ aankwamen, vonden we dit te druk en te toeristisch. Dus, zijn we doorgereden naar Bridalveil Fall. Deze waterval (188 meter!) stroomt (valt) het hele jaar door. De meeste andere zijn droog in de zomer.
Ondanks de vele waarschuwingen (waarschuwingsborden en een recente plas bloed) zijn we er naar toe geklommen. Anne en Bram vonden het geweldig om over de rotsen te klauteren (wij ook hoor). Na een natje en een droogje met de voetjes in het koude water weer terug geklommen. Bram heeft de hele tijd volgehouden dat ‘ I can do it all by myself’ (terwijl ik zijn hand of meer vasthield op moeilijke stukken). Schattig!!
Dit bedoel ik met 'te toeristisch'

Bridalveil fall

Voetjes afkoelen in de rivier

En maar klauteren

Na een dagje genieten van de natuur zijn we naar onze camping in het park gereden. Bij de vorige camping was de berenbox nog een advies. Nu was het een verplichting. We moesten deze keer zelfs formulieren en een reglement ondertekenen over beren, kampvuren en barbecueën in het wild. 
Alles in de camper (of tent) dat een geurtje heeft, moet je in een berenbox stoppen. Dit zijn stalen kisten (gemaakt van WO II tanks) met een sluiting die de gemiddelde beer niet open krijgt. Een beer met honger zal proberen deze box open te breken, in plaats van je camper of tent. Je kunt dan gerust doorslapen als een beer op je kampeerplekje bezig is...
’s Nachts was het pikkedonker in het bos. Toch wel spannend...
En 's ochtends wel weer op tijd alles uit de box halen, voordat het begint te koken in de zon...
Eten erin...

en kastje dicht

De dag erna hebben we een bekend en mooi uitzicht punt bezocht.
Deze foto heeft Anne gemaakt

Deze heeft Bram gemaakt

De bende van twee bij onze camper.

Daarna zijn we we het park weer uitgeslingerd en op weg gegaan naar het volgende park: Sequoia National Park. Sequoia’s zijn reuze dennenbomen, die makkelijk 2000 jaar oud worden. Het zijn niet de hoogste te wereld (die natuurlijk wel in Amerika staan) maar wel de grootste qua volume. We hebben de zwaarste boom ter wereld bekeken (General Grant). In een woord: ongelofelijk… Een omtrek van 33 meter, hoogte van 82 meter en 1700 jaar oud.
Sequoia. Let op. Marie-José en de kids staan  naast de boom
General Grant. De zwaarste boom te wereld.
Nu staan wij  naast de boom 

Weer de General Grant.
Je krijgt zijn afmeting gewoon niet op een foto 

Zo sympathiek als de Amerikanen zijn was dit stukje bos per rolstoel bereikbaar (Lees: er liep een betonnen pad door het bos met een net houten hek er langs. Je mocht niet bij de bomen komen) Maar, niet alles was afgeschermd, dus zijn we een ongerept stukje bos gaan bekijken. Hier vonden we net zo’n mooie bomen en zelfs een omgevallen exemplaar. Hier hebben flink overheen en onderdoor geklommen en dan pas besef je hoe groot zo’n reus is… 
Met zijn allen om een boom...
Thijs op de omgevallen Sequioa.
Van een pracht exemplaar.
En de boom ook


Touring California, part III: Lake June


Na 2 dagen genieten van Lake Tahoe (‘hei kom iech zeker trök’ voor de kenners) ging de tocht verder naar Yosemite National Park. Om bij de eerste camping te komen moesten we een keuze maken: Of om een 8000ft berg massief heen rijden, of een pas eroverheen nemen. We kozen voor de pas, ondanks allerlei demotiverende verkeersborden bij de ingang. Toch maar doorkachelen (zit misschien in de familie om dit soort borden te negeren). Maar het campertje heeft het goed gedaan, en we hebben wederom genoten van de prachtige natuur. Dat wil zeggen, Marie-José en ik. Bram en Anne zitten dan achterin volop te kleuren, met de Duplo spelen of mee te zingen met hun eigen CD-tjes, terwijl de hele hut van links naar recht waggelt. Die hebben niets in de gaten van onze zweethandjes bij de zoveelste afgrond…
Een van de vele mooie uitzichten

Maar goed (anyway), aan de andere kant van de pas kwamen we in een heel andere omgeving terecht. He he, eindelijk even niet slingeren. Helaas, 100 mijltjes later gingen we weer. Na weer een paar uurtjes haarspeld-bocht-waggelen kwamen we bij Mono Lake. Omdat de rivier die water toevoert is afgesloten (omgeleid richting LA) verdampt dit meertje langzaam en krijg je een soort dode zee. Volgens de reisgids zie je hier prachtige stalagmieten uit het water rijzen als je ernaar toe loopt. Vanuit de camper zagen we ze ook. Dus, foto maken, gas erop en weer verder…


Marie-José had goed haar best gedaan om campings uit te zoeken bij Yosemite: een camping vlak bij de ingang, eentje er midden in en eentje weer een stuk erbuiten. En dit zijn campings zonder luxe. Normaal gaan wij naar campings die zeker een 8 scoren in de ANWB gids. Deze campings scoren een dikke vette onvoldoende. Een camping bestaat enkel uit kampeerplekken met 3 dingen: een picknick tafel, een vaste fire-place en berenbox. Verder heeft zo’n camping niets. Als er al water is, moet je dit gebruiken om je vuurtje ’s avonds uit te maken. Geen electriciteit. Geen groen grasveldje. Geen speelhal, zwembad, animatie programma, speeltuin, restaurant, winkel, sanitair of wat dan ook. De ‘receptie’ heeft veel weg van een Frans tolpoortje.

De camping voor het park had ‘niet zoveel last van beren’: ‘laatst nog eentje’. Maar de camping was een juweeltje. Ook deze camping lag bij een bergmeer. Natuurlijk hebben we weer gezwommen. Marie-José had zich opgeofferd om niet het ijskoude water in te gaan en foto’s te maken. De extra attractie was een rots in het water. Het lukte mij niet om ons drieën op de rots te krijgen. Voor ik de ene erop had, was de ander er alweer vanaf gesprongen…

Op deze camping hadden we weer gezellige buren. Wijntje en kampvuurtje erbij. Maar deze buren waren redelijk overenthousiast wat sterren en satellieten betreft. En het werd een bijzondere avond. Ja, want het ISS (International Space Station) is twee keer zichtbaar geweest. Dat hadden ze nog nooit gezien in één avond, dus wat waren ze enthousiast. Lekker belangrijk, maar toch goed vermaak...

Touring California, Part II: Lake Tahoe


Het noordelijkste puntje van onze trip is Lake Tahoe. Een prachtig blauw natuurlijk meer op 2000 meter hoogte. Het mooiste stukje is Emerald Bay. Zo Amerikaans als we inmiddels zijn, zijn we hier met de camper direct naar toe gereden. Uitstappen, foto’s maken en weer verder. In dit geval kon het niet anders. Het alternatief was een hike-tocht van meerdere uren. Niet echt een optie met twee kleine kinderen bij 30 graden.

Emarald Bay. Echt heel mooi
De weg ernaar toe was al fantastisch.
Hier rijden we over een bergkam, met het meer aan twee kanten.
En natuurlijk gezwommen in het meer. Niet eens zo extreem koud voor een bergmeer. Leuk dat ‘we’ dit hier een alpine-lake noemen. En, bijna geen planten in het water. Vooral Anne kan dit waarderen, want als die de zee in gaat is het ‘eeh gross, seaweed’ (alles is eeh gross by the way). Maar hier konden we heerlijk zwemmen. En natuurlijk moest/mocht ik weer helpen bij het bouwen van ‘the biggest sandcastle, ever’. Maar, volgens de 2 koppige jury was ik wel geslaagd.


brrrrrrr, koud.  Twee poncho's en een badlaken zijn niet voldoende

En twee minuten later zijn ze weer volop aan het spelen...
En dan zien ze er zo uit....

Op aanraden van mijn kapster hebben we met een Mississippi boot een tocht naar Emerald Bay gemaakt. Heel mooi, maar wel een hoog Zonnebloem gehalte. Er was nog net geen bingo aan boord. Maar ongelofelijk mooi blauw is dat water. En natuurlijk een prachtige natuur. Ze zeggen dat je de bodem op 7 meter nog kan zien. Ik heb het niet nagemeten, maar dit lijkt wel te kloppen (onder het motto: je geloofd je ogen niet). Wat ook grappig is (althans, vond ik) is dat in de winter dit gebied een ski-oord is. Vanuit de boot konden we diverse pistes zien liggen, terwijl wij aan het puffen waren van de hitte. Omdat we ons niets voor konden stellen bij een Lake Tahoe met een meter sneeuw, hebben we dit op ons to-do lijstje toegevoegd. Wie van de collega’s gaat mee?


De boot (Dixie II, waar is Dixie I gebleven?) was een Mississippi boot. Aangedreven door een schoepenrad. NOT!!! Dit was zoals alles hiero voor de show. Captain Jack nam niet eens de moeite om tijdens het achteruit varen het schoepenrad ook achteruit te laten draaien.

Maar, het levert wel mooie plaatjes op...

Een nestje arenden gespot
En je raad het al, na het varen zijn we weer gaan zwemmen... Het mooie van deze baai waren drie dingen. 
1. Het ligt niet in California, maar in Nevada, dus mag je in het openbaar alcohol drinken. Marie-José had dus meteen voor een natje voor ons gezorgd.
2. Op het strand was een bruiloft bezig. Je ziet aan de schaduw van Bram waar de zon staat. Inderdaad, alle gasten zien helemaal niets, want die hebben tegenlicht van de zon en de weerspiegeling in het water kijken. Toch leuk om te zien.
3. Er waren ontzettend knappe mannen aan het zwemmen.
De foto's spreken voor zich:

Marie-José met een pulletje bier.
En nee, ik weet ook niet wat die vrouw op de achtergrond aan het doen is

Wedding at the beach,

Zie je, niets gelogen



We hebben ons camping plekje een flinke upgrade gegeven. De camping die Marie-José had uitgekozen zag er prachtig uit en lag op loop afstand van het meer. Op internet althans. Dus hebben we wat verder gezocht en een hele leuke camping aan het meer gevonden. Wel in de bossen, dus moesten we alle etensresten goed opruimen, anders zou Bruintje de Beer op beer op bezoek komen. Blijkbaar hadden we alles goed opgeruimd, want we hebben geen bezoek gehad…
Maar de volgende campings, dat belooft nog heel wat meer...

donderdag 23 augustus 2012

Touring California, part I


Heerlijk, twee weken met een Camper toeren door Californie. Marie-José heeft de tocht uitgezet en verschillende campings gereserveerd. Collega’s hadden ons afgeraden om zo’n tocht op de bonnefooi te doen.

De camper is van het model ‘13 in een dozijn’ van Cruise America, zeg maar de Neckerman van de States (je ziet ons ook overal). 25 voetjes lang (8m), zuipt als een gek, 4 vaste bedden, douche, toilet, keukentje en airco natuurlijk. De korte wielbasis zorgt dat je makkelijk stuurt, maar wel ten koste van een stabiliteit. Met andere woorden: de bak deint goed na, na elke bocht of huppel.  Goede nieuws is dat’ie wel pit heeft, dus rij je er 75 mph (120km/u) mee, op rechte wegen weliswaar. 
'Onze camper'


De vaste chauffeur en bijrijder.

De reis is natuurlijk goed voorbereid.
Anne zoekt haar favoriete plekjes uit
ZOAB kennen ze hier niet, je waant je meer in België qua wegen. In het begin trilde alles mee in de bus. Maar een halve rol duck-tape en hier en daar een extra schroefje later, zit alles nu goed vast.

De tocht begon langs de kust, richting Santa Barbara. De eerste camping was al meteen een plaatje. Marie-José had een ‘full hook-up, pull through’ gereserveerd. Een wat? Een ‘full hook-up’ betekent: water, elektriciteit en een eigen afvoer putje (ook handig). Een ’pull through’ betekent dat je met je camper (of complete kampeer bus, of pick-up met giga aanhanger) vanuit achteren je plekje op kan rijden en er voorruit weer vanaf kan. Handig voor ons voor de eerste keer!

De dag erna naar Santa Barbara. Een stad die na een verwoestende aardbeving een traditionele stijl is herbouwd. Lekker rond geslenterd en jan-de-toeist uitgehangen. Natuurlijk ook de bekende pier op, al is deze minder indrukwekkend dan de pier uit Santa Monica.

Daarna ging de tocht verder, over highway 1, oftewel, de Big Sur. De mooie route slingert 140 mijl langs de kust. Bij helder weer maak je hier de mooiste foto’s, maar helaas, wij zaten midden in de mist. Maar zelfs dan is de omgeving prachtig. Soms kom je wat hoger en dan zit je boven het wolken dek, prachtig. Maar we hadden geluk. Het zonnetje brak net door toen we bij een mooi uitzicht kwamen. Even de beentjes strekken. 
Een prachtige baai (met waterval) langs de Big Sur
De volgende camping zou aan de ‘high one’ liggen. Nou, daar konden we ons dus niets bij voorstellen, want naast de weg lagen of diepe kliffen omlaag, of steile rotsen omhoog. Maar toen de tom-tom aangaf dat we er bijna waren, was er spontaan een bos met ‘redwood trees’ (reuze dennenbomen), inclusief RV-resort. Om bij deze camping te komen moesten we een hele steile berg af. Toegeven, we hadden eerst even door de bomen gegluurd of er meer campers beneden stonden. En na een hartverzakkend steile weg omlaag, bleek er ook nog eens een prachtige camping aan een riviertje te liggen. Een paradijsje...


The office, niet meer dan een houten schuurtje

Redwoods.
Deze zijn al reuze hoog, maar nog lang niet zo hoog als de  'echte'
Sommige redwoods zijn hol. Thijs in een denneboom

Hier zijn we twee nachten gebleven. Bij de weg lag een gezellig eettentje waar de halve camping zat te eten en waar ze het bier goed aan de man (en vrouw) wisten te brengen.  Het terras had wederom een fantastisch uitzicht.

Elke kampleer plek had een vaste fire-place, dus ’s avond fikkie steken. Bram en Anne kenden ‘marshmallows’ via tekenfilmpjes, dus die wilde dit wel eens proberen. Lachen joh. Stonden daar super geconsenteerd de spekjes in het vuur te houden. Natuurlijk heb ik ze geleerd om honderd keer ‘kumba ja my lord’ te zingen. Het was pikke donker op de camping, dus overal zag je kampvuren. Dat zien wij normaal in Frankrijk niet. 


Kumba ja, my Lord, Kumba ja...

Overdag een dagje relaxen aan het riviertje. Heerlijk zonnetje erbij. In dit riviertje kan een bekend trio zijn hart ophalen aan dammetjes bouwen. Collega’s waren ons  voor geweest en hadden een paar leuke stroom-versnellingen gemaakt in de rivier. Maar koud, dat water…. hallelujah. Grappig is dat Bram en Anne dit niet zo erg vinden. Die gaan gewoon kopje onder, zwemmen wat rond, springen er nog eens drie keer in, en beginnen daarna pas te klagen dat het koud is. Ik vind dat ik zelf snel in koud water ga, maar ik ging er pas helemaal in toen Bram zijn waterschoentje op weg was naar volle zee. Toen moest ik wel. Tsja, Marie-José moest de handdoeken bewaken.

Slingeren als aapjes...
'raften' met vriendjes

De dag erna, weer verder cruisen over de Big Sur. Yep, de steile berg terug naar de weg was een makkie…  
Helaas was het weer mistig. Toch weer wat mooie foto's gemaakt.

Vanuit hier loopt onze tocht naar Lake Tahoe. Maar omdat dit te ver is om in een keer te rijden, hebben we een tussenstop.

We zitten nu op een camping, in the middle of nowhere. Toen wij ons kwamen melden wist de man al meteen wie wij waren. Na ons inschrijven ging hij meteen weg. Blijkbaar de enige gasten deze dag, of deze week. Er hangt hier een sfeertje uit een heuse horror-film. Er is helemaal niemand. De receptie, de speelhal, de hele camping is verlaten. Van de 120 plaatsen zijn er 20 bezet, maar dan met lege campers. Er is een klein zwembad, waar een laag hooi in dreef, maar ‘gelukkig’ stijf stond van de chloor. Verder is er niets of niemand. Het enige wat we nu horen is het piepen van een of ander hekje en geritsel in de schaduw. Verder is het hier spookachtig verlaten… Aan de andere kant van de camping brand nog één lichtje. Zouden daar nog meer mensen zitten, of hebben die tijdens het verlaten van de camping het licht aangelaten?
Ben benieuw wat er gebeurt als het twaalf uur is… En dan is het ook nog volle maan....

Ahh, gelukkig daar komen andere gasten aan. Ze gaan zelfs naar de camper naast ons. Oh neeeee, schreeuwende Nederlanders. Da's nog erger dan weerwolven... 

Zo, morgen op weg naar Lake Tahoe...